Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [68]Zij zijn een weinig [tijds] verheven, daarna is er niemand van hen; zij worden nedergedrukt; gelijk alle [anderen] worden zij [69]besloten; en gelijk [70]de top ener aar worden zij [71]afgesneden. 68. Job bekent wel dat de macht en heerlijkheid der bozen niet lang duurt, overmits het leven der mensen hier kort is, maar verklaart meteen dat hun dood uiterlijk niet verschilt van anderer mensen dood, ja meest zonder langdurige kwelling hun overkomt. Vergelijk Pred.2:16. 69. Te weten, in het graf. 70. Hebreeuws, het hoofd. 71. Dat is, zeer haast, lichtelijk, en als zonder arbeid, en daarom ook zonder des goddelozen grote smart.